De Kan Hij drinkt met de fluit, de bekkens, de trom; ziet nooit naar het leed dat voorbij is weerom. Hij drinkt met de troffel, de passer, de steen. Zo drinken als hij dat kan er niet een. Hij drinkt op de kermis en 't Bosch Carnaval met de blommigste meskes het liefste van al. Hij klinkt met de engelen en duivels tot slot op Sint Jan en Maria en knipoogt naar God. Jeroen van Wilgen. Pseudoniem van Piet M. Overschie 1919 - 1996 Uit: Tot onder de bemoste huid. 21 gedichten over de boogbeelden op de Sint-Jan in Den Bosch. Brandon Pers 1976 |