Boek Piet Paaltjens                                   Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             


Beginpagina

Jeugdjaren in Leeuwarden

Studententijd in Leiden

Predikant in Foudgum

Predikant in Den Helder

Predikant in Schiedam

Over Piet Paaltjens

Culinaire citaten

Gedichten over eten en drinken

Culinaire bloemlezing



Contact  

Novemberochtend

Om zes uur wekte mij een luid geschreeuw
en rond de hoeve stommelde veel volk;
ik zag aan het raam het flitsen van een dolk;
een donk're straal spoot op de eerste sneeuw.

Geen stem, als van het varken, weent zo moord;
eerst luid en angstig, dan vol diep geklaag;
- Het volk sloeg reeds z'n borrel in de maag,
bij het laatste reutelen in bloed versmoord, -

Dan droeg men schragen en een tafel aan,
lawaaiig van de vroege brandewijn;
en later lag een blank en kost'lijk zwijn,
dat was van haar en hoef geheel ontdaan.

- Slechts aan de keel liep uit een kleine wond
gestaag nog bloed, dat spreidde rood en breed ...
De kop één gulle lach; elk oog een spleet,
als slapend satisfait en oer-gezond.



Jac. van Hattum 1900 - 1981
Bron: Spiegel van de Nederlandse Poëzie door alle eeuwen
1940-1957
Victor E. van Vriesland
J.M. Meulenhoff Amsterdam 1957