|
Onze Lieve Heersbeestje
Nadat iedereen vluchtig gedankt had
en zijn stoel opzij had geschoven –
d’ een ging naar beneden, de ander naar boven –
dáár (het is geen legende maar heilig waar)
kroop
op het rommelig tafelblad
het Onze Lieve Heersbeestje uit een kier en
wandelde zacht en goedertieren,
robijn die van Christus’ voorhoofd droop,
over de slordig achtergelaten
brokken van zenen en graten,
wandelde tussen bier en as,
over het omgevallen glas,
wandelde over de droge korst,
wandelde overal waar gemorst,
overal waar iets was beduimeld,
overal waar er iets lag verkruimeld.
Overal tussen die in het wild
uitgestrooide en schots en scheve
verworpen dingen schitterende even
Gods kleine, pure, vurige schild.
Maar —
de stoelen stonden opzij geschoven,
d’ een was naar beneden, de ander naar boven.
Anthonie Donker (1902-1965)
|