Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             


Beginpagina

Jeugdjaren in Leeuwarden

Studententijd in Leiden

Predikant in Foudgum

Predikant in Den Helder

Predikant in Schiedam

Over Piet Paaltjens

Culinaire citaten

Gedichten over eten en drinken

Culinaire bloemlezing



Contact  muisje

Sagaponack aan zee.

Ik woon in Sagaponack aan zee. Het huis waar ik van houd, is midden in de aardappelvelden gelegen.
In de herfst stap ik, als de oogst voorbij is en de tractoren van de akkers verdwenen zijn, kalm door
de lege voren om kleine zoete, overgebleven aardappeltjes voor mijn provisiekast te verzamelen.
Stel je een koude oktoberochtend voor. Ik vul mijn mand met aardappels die ik in het veld gevonden
heb en ren naar de keuken om mijn lekkerste aardappellunch aller tijden te maken. De Russische wodka
- hij moet 80% zijn - gaat in de ijskast om te koelen. De aardappels in de oven om te bakken. Mijn
vriend arriveert buiten adem om aan het feest deel te nemen. Daar komt de ijskoude wodka, gevolgd
door een schaal zure room en tenslotte de kokend hete aardappels.
We gaan zitten om van onze drankjes te nippen. We splijten dampende aardappels open en doen er
wat zure room op. Nu ruk ik het grote blik kaviaar tevoorschijn, want ik ben vergeten te vertellen dat
dit de enige manier is waarop ik een aardappel kan eten. Dan wordt de kaviaar - de meest verse, de meest
grijze, de dikste Beluga - in heuveltjes op de aardappels gestapeld. Mijn vriend en ik vallen aan. Deze
eenvoudige hulde aan de vruchten van de teelt van het oostelijk Long Island vormt een vrolijk makende plattelandslunch, verwarmt hart en geest en leegt de portefeuille.

Sommige aardappelakkers, zo mooi, vlak en stil zullen hier volgend jaar misschien niet meer zijn. En  het
jaar daarna nog minder. Nieuwe huizen komen geregeld opduiken en bederven de lange lijn waar het land
eindigt en de lucht begint.

Truman Capote. Bron:Aardappelkunst. 1975 Uitgeverij Bert Bakker
Oorspronkelijke titel: The Potato Book by Myrna Davis. Vertaling: Marja Schutte.