Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             



Onder-onsje op straat
Een sinterklaasherinnering aan Haverschmidt

Onder menig luimige'inval
Voor een eedle daad op weg;
Diep in fantasie verloren,
Diep in zaaklijk overleg;
Stoot'rig tusschen sleperswagens
En jenevervaten door, -
Stel u ditmaal zóó Piet Paaltjens'
Immer loozen Schepper voor.

In 't voorbijgaan hem herkennend,
Stil staande achter donk'ren fok
Die geen eerbied dóór laat schijnen
Noch een zweempje ook maar van jok,
Van natuur eer durfsch dan schichtig,
Doch in oog-gebrek teloor -
Stel u zóó een oud-Schiedamschen
Schraalbekenden dichter voor.

Nu die twee elkaar ontmoeten -
De oudste met zijn open oog
Vol geniale slangenflitsjes,
Zijn bewondraar schijnbaar droog -
Hupt, den hoed van 't voorhoofd schuivend,
De eedle Fries snaaks achteruit,
En verbeeldt door puikgebaren
Bardenzwier met de elpen Luit;

Smachtend haar aan 't harte klemmend,
Tokkelt hij de godensnaar...
Duid'lijk vragen blik en hand'ling:
'Doet Uwee nog wat aan haar?'
'Innerlijk (verzeker 'k plechtig)
Doe 'k aan luitspel weergaloos!
Maar mijn schrift... De onleesbare ode
Lijkt de onplukbare Alpenroos.'

'Schrijven? Lezen? (hoofdschudt de ander)
Boeken? Wel hem die niet ziet!'
-'Oogen ruilen?' vraag ik vriendlijk,
Maar de minstreel antwoordt niet...
Walmen, om ons samenpakkend,
Schuift hij met een zwaai uiteen...
Neuriënd na knip-oog-buiging,
Is zijn weleerwaarde al heen.

Plots terug met warme handdruk,
Zoekt en vindt hij 't woord: Gedenk!
- 's Avonds kreeg ik zijn prozabundel,
'Schrijver's Sinterklaasgeschenk
Voor de dichter van Schakeering.'
- Mimisch-plastisch oogenfeest,
Staat de intieme Straatkomedie
Als gebeeldhouwd voor mijn geest.



W.L. Penning Jr.  1840 - 1924
Bron: Groeten uit Zwart Nazareth, Gedichten over Schiedam.
Boekhandel Post Scriptum Schiedam 2004