Boek Piet Paaltjens                                   Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             


Beginpagina

Jeugdjaren in Leeuwarden

Studententijd in Leiden

Predikant in Foudgum

Predikant in Den Helder

Predikant in Schiedam

Over Piet Paaltjens

Culinaire citaten

Gedichten over eten en drinken

Culinaire bloemlezing



Contact  

BALLADE VAN DE GOEDE VRIENDEN

Vrienden uit Noord en Zuid, uit West en Oosten,
uit onze jeugd en uit een later tijd :
nu ons de vrede weer is komen troosten
na vijf jaar nood en leed en zware strijd,
nu eindlijk weer een Meidag ons verblijdt
en milder zon en klaarder blauwe luchten
ons meer verheugen dan zij ons doen zuchten
in wrangheid en vernedering en spijt 
weet hoe gij, zelf bestolen en bezet,
uw vrienden van de honger hebt gered.

Een goede vriend wordt niet zo licht vergeten,
al wordt er soms in lang niet aan gedacht.
Toen gij vernam : het Westen heeft geen eten,
hebt gij ons uit uw nooddruft hulp gebracht.
Wij teerden weg, ons lijf was zonder kracht,
al bleef de geest bereid de nieuwe heren
en ‘t schijngezag der schobbers te braveren.
De nood verschoonde leeftijd nog geslacht.
Hoe hebt gij ons gesterkt in ons verzet
toen gij ons van de honger hebt gered !

Uit Friesland, Brabant, Gelderland en Drente,
Witmarsum, Gorssel, Amersfoort, Goeree,
Sneek, Oldelamer, Apeldoorn en Twente
Zwaag, Numansdorp... gaf ge uit uw armoe mee,
Want overvloed was in geen enkle stee :
In Almelo, Eindhoven, Putten, Drachten
En Leeuwarden kon men gebrek verwachten,
maar pas hing ‘t noodsein uit op onze ree,
of gij hebt alle zeilen bijgezet
en door uw hulp van honger ons gered.

Gij hebt uw gaven telkens weer gezonden,
en scheen ook vaak elk pad naar ons versperd :
steeds hebt ge weg en middelen gevonden
waardoor in ’t eind uw hulp ons toch gewerd.
Als naar de waterstromen ‘t hijgend hert,
zo hebben wij gehunkerd naar wat eten.
Hoe kon ge in Irnsum of Veenwouden weten
wat in Den Haag aan nood geleden werd ?
Maar steeds kwam juist op tijd weer een pakket
dat ons van nood en honger heeft gered.

Misschien zong nooit een dichter een ballade
van boter, havermout, vet spek en graan,
maar kwam ook ooit Gods levende genade
zo kennelijk en tastbaar voor ons staan ?
Wat gij voor ons gezorgd hebt en gedaan,
dat deed ge niet door eigen kracht gedreven :
een hoger Macht heeft het u ingegeven
en is beschermend over ons gegaan.
Vrienden, gedenk met ons in uw gebed
hoe gij ons van de honger hebt gered.

Yge Foppema  1901-1993
Spijkerschrift . De Bezige Bij Amsterdam 1945