Ballade van de normale man Gij zegt dat ik beschonken was En niet meer overeind kon staan En dat ik na mijn tiende glas Onwijze dingen heb gedaan. Wat, zo ik blafte tot de maan En vals zong in een vreemde taal, Dat heb ik altijd zo gedaan. Ik handelde geheel normaal. Ik smeerde boter op uw das En wierp naar u met een banaan, Ik schonk uw jonge bruid een glas Half sherry en half levertraan. Doch waarom zoiets misverstaan? En, sprak ik ongekuiste taal, Toen men mij noopte heen te gaan. Ik handelde geheel normaal. Want, ben ik eenmaal in mijn sas, Dan is reserve van de baan, Dan zing ik dreunend tweede bas En kraai gelijk een dronken haan. En zo ik kunstjes heb gedaan Met een gevulde groentenschaal En op de tafel ben gaan staan, Ik handelde geheel normaal. Prins, waarom zijt gij zo ontdaan Wanneer ik kattekwaad uithaal? Gij hebt mij ernstig misverstaan. Ik handelde geheel normaal. Daan Zonderland 1909 - 1977 Bron: Redeloze rijmen. Het Spectrum. 1960 |