De Fruitschaal Het lust ons zingend u te loven, o, appel, peer en mandarijn. Wanneer gij rijpt in onze hoven of op het rek van Albert Heyn. Al zijt gij vaak met gif bestoven - rust op uw schil een kwaad venijn - toch biedt gij ons een fraaie schijn: doet ons in 't paradijs geloven. O, hof van Eden op de schaal, begeerlijk zijn uw vruchten. Gij spiegelt ons het oud verhaal, waar wij zo graag in vluchten; al toont gij ons, hoe naakt en kaal wij onder kleding zuchten. Fetze Pijlman 1946 Bron: BZZLLETIN nr. 53 6e jaargang, februari 1978
|