Geboortegrond met hoeveel honger en graagte dwalen wij hier rond in de ban van het diepblauw van gentianen, dronken gevoerd door de ijle adem van een ochtendlijke gletsjer en op weg naar het dal ontlokken onze stappen overvloedig de geuren aan tijm anijs en rozemarijn, eten we onder bomen nog vochtige bramen en frambozen er bestaat geen paradijselijker plek dan deze maar blijven doen we niet er is iets dat nooit ophoudt met zachtjes trekken tot we telkens weer aanbelanden waar de wichelroede uitslaat omdat diep in aarde blijkbaar iets van gewicht begraven ligt Marc Tritsmans 1959 Het Liegend Konijn : Tijdschrift voor hedendaagse Nederlandstalige poëzie Jaargang 9 (2011) 2 |