Geen delicatessen? Negeer het varken dat je huisvest, sla suggesties in de wind, ontken de aandrang, de pressie, het opwellend maagzuur. Leg goede raad naast je neer; smak noch slobber, slurp noch schrok. Het onvermijdelijke, het lang voorziene is op komst. Nip en proef, geniet van het zilver, de wijnen, de vingerkom met koel water; bewonder de orchidee in de drijfschaal. Knoop het damasten servet om je hals, geef je een houding, strijk een vouw in het getinte tafellinnen glad. Proef en knabbel alleen om de maag te masseren. Zie alles aan, laat het passeren - de rapen, de ratatouille, de brokken uitgeloogd gebroed. Geen gelikkebaard bij meelkost die de maag dichtmetselt. Ontzeg je liflafjes, doodgekookt lof, taaie zolen, moes, tartaar, bier & patat; beken je niet tot vlaaien, fruitzoef, flatse puddingschelpen, schallige haring, gravlachs uit de koude grond. Mijd ook watergruwel, balkenbrij of broeder, trek geen stratenplan door gortepap met basterdsuiker en een rinse stroopspiraal. Laat grovere zielen schransen en zwelgen: triep met eigenheimers, wind opwekkende gerechten, snotterige spinazie, waterzooi met ezelsoor, smeuïge prefab-smurrie toe. Spreek zacht, blijf minzaam, reik de hals naar het zo lang verwachte dat uiteindelijk in triomf & in kristal zal worden opgediend. Vul dan de goudgerande borden, stulp de lippen om een volle zilveren lepel; gun je de verrukking van een Ierse Whiskey Trifle die je door ascese hebt verdiend. 'Ierse trifle? Whiskey?' vraagt een tafeldame die al lichte slagzij maakt. 'Schuif bij, mevrouw. Klamp aan, schep op en luister: Snijd een cake van degelijk biscuitdeeg in vier lagen; bestrijk drie lagen telkens met drie eetlepels frambozenjam, leg ze op elkaar en dek ze met de vierde af. Verdeel de cake in dunne, verticaal gesneden plakken, beleg hiermee de bodem en de randen van een flinke dienschaal; besprenkel de cake met sherry en whiskey (uit Ierland). Klop twee eieren, twee dooiers en vijftig gram suiker in een kom tot het mengsel een lichte citroenkleur verkrijgt. Voeg al kloppend hete melk toe (vijftig cl is genoeg), giet de custard in een steelpan en verhit die; blijven roeren tot ze stremt - breng haar niet tot koken. Giet de custard in een schaal, vermeng ze met éénvierde theelepel vanille. Giet het zaakje over en laat alles afkoelen; plaats de afgedekte trifle drie uur in de koelkast. Klop vervolgens slagroom (minder dan een halve liter), klop er nog een halve theelepel vanille in. Sla het wit van twee eieren tot luchtig schuim in een kom, voeg er drie eetlepels suiker aan toe en klop het schuim totdat het zacht omhoogtoeft. Spatel het voorzichtig door de slagroom, schep het mengsel op de custard en bestrooi deze met lichtgebrand amandelschaafsel. Er is genoeg voor zes tot acht personen. Schenk dessertwijn uit Toscane en een teug gezoete drank uit de Morvan.' Je disgenoten hebben het verknald. Niemand houdt zijn feestprak binnen. Terwijl men braakt en krimpt of adem hapt, heeft mevrouw zich niet meer in de hand. Ze gaffelt, smult en smakt, zienderogen raakt ze buiten zinnen. Als de schaal is leeg gelepeld ligt ze naakt, verteerd door liefdebrand, op het bevlekte linnen voor jou uitgestald. Transmontanus pseudoniem van H.C. ten Berge 1948 Uit: Oesters & gestoofde pot. Meulenhoff Amsterdam 2001 |