Hetaere Zij dwaalde rond in schemerdonkre hoeken En bood haar lichaam, twintig frank per uur: Zij noemde 't "Faire l'amour" en zij die 't vergeten zoeken Namen haar, apatisch koud en zonder vuur. Zij dronk veel porto; misschien zou die haar haat verzoenen Haar droge lippen rookten machinaal 'n sigaret En in de blauwe wolken, vol van zelferbarmen Heeft ze verlangend visioenen te bloeien gezet. Als ze zich droomloos voor een nieuwe klant ontkleedde - ondergoed was ze reeds lange tijd ontwend Want "Time is money"en "ze" zijn gauw tevreden- Heeft ze wel eens vaag gevoel naar tederheid gekend. Maar ze heeft die weemoed vlug verzopen En whisky is probaat tegen alle romantiek. Waarom verlangen, waarom onmogelijk hopen? Niet denken, 't maakt je zeker dwaas en ziek. Ze fluisterde "chéri" alsof ze zei " 'k heb tandpijn" Of "er zit een nagel door mijn schoen", Voor vijf frank meer of een glas wijn Schonk ze profijtig, commercieel een geile zoen. En als afwezig onderging ze 't geile strelen Van dronken zeelui en ook zij bleven onvoldaan Want wie kan de wonde van het hart nog helen Van hen, die zonder ideaal door 't leven gaan? "Business is business" en iedere nieuwe dag Hield ze festijnen van zure mosselen met friet. Ze smoorde haar hart in een cynische lach; Waarom nog treuren als je 't leven geniet? Maar komt soms bij 't dromen in de bios Of 't schaarse lezen van Courths-Mahler. Dan breekt z' in schokkend rauwe snikken los En schijnt haar 't leven nog veel valer. Dan voelt ze diep in zich intens verlangen Naar zachte streling van iemand die haar mint, Wiens armen vol van liefde, haar omprangen - en ver, heel ver, het zachte schreien van een kind. Jan Jacob Slauerhoff 1898 - 1936 Uit: Aart's Letterkundige Almanak voor het J. Slauerhoffjaar 1986 |