Boek Piet Paaltjens                                   Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             


Beginpagina

Jeugdjaren in Leeuwarden

Studententijd in Leiden

Predikant in Foudgum

Predikant in Den Helder

Predikant in Schiedam

Over Piet Paaltjens

Culinaire citaten

Gedichten over eten en drinken

Culinaire bloemlezing



Contact  

  Het bakkerspaar van Hoorn
   
Hoe leek het? Hoe leek het mij toe? Uitstekend, kwaad
te kunnen ginds tussen boom en duin scheen het niet.
Mooi, best leek me. Het leek me goed, maar wel druk
aan het spelen daar. Wie? En wie? Wie met wie
druk aan het spelen?

Zie ik 't goed? Ze zijn druk aan het werk.Ze bewegen.
Ik meende dat ze ziek was, maar ze beweegt druk in
het werk met hem. Met wie? Hij beweegt te druk met haar,
maar zie ik het, goed, zie ik het nu goed, het is Abdelkader
Benali met de vrouw van de bakker van Hoorn!

Van Benali ben ik nu goed - zo leek het - zeker. Geen kwaad
tussen boom en duin, geen kwaad bij wie? Benali beweegt in het
midsland van wie? Ik zie het vanuit mijn stiltecentrum heel goed.
Op de rug gelegen beweegt ze erg bewogen van boven gezien,
maar zij is toch niet van Hoorn, zoveel is zeker, en dan dus de
Hoornbakker geen-drager, want nee, zijn vrouw is er beslist
niet bij, niet bij Abdelkader.

En achach! ochoch! daar ontglipt nu ook de hoorn van Benali
aan mijn wetenschappelijke waarnemingen, en nu is de hele
Abdel zelf me daar inenen helemaal uit mijn kader weg. Wie?
Wie met wie ook alweer? Het leek mij toe dat hij het was,
leek helemaal geen kwaad te kunnen. Mooi, best, leek me.
Wel druk, maar zo gaat dat eenmaal in Hoorn als men bewogen
vanuit een stiltecentrum op een duin tussen bomen kijkt naar

de dingen die bewegen. De bakker van Hoorn
is maar een gezegend man met een vrouw als
die van hem - leve het bakkerspaar van Hoorn!

Atte Jongstra 1956
Uit: Op Terschelling Bornmeer/Slal 2010