Honger De honger is al gaar. Het koken kan beginnen, Althans wanneer het klokhuis tijd het niet begeeft Voor wij aan tafel gaan, voor al die zatte wijzers Zich hier straks rond middernacht verwezen voelen. De honger is al gaar. Wij moeten hem nu koken Met maag en darm. Alleen, er is nog geen recept Van jou en mij. Hoe kunnen wij het aan, zo laat, Om ons te smoren, braden, stoven? In welk sap? Er zijn de gare honger, jij en ik, er is Dat middernachtelijk verlangen. Koken kan. In welke pan? In wat voor oven? In welk vocht Van welk beminnen? Maar onze honger, die is gaar. Leonard Nolens. 1947 Verzameld werk. Laat alle deuren op een kier. Querido 2004 |