Mijn beurt De kaas moet vers uit Parma komen; De pepers rood uit Pomerigio De mascarpone moet geel-romig zijn En jij moet zingen bij de wijn. Ik zal een jonge kwartel eten, Gestufft met mortadella en Toscaanse weed. Je bloes hangen we voor het venster Tegen inkijk en insecten. Het fruit zal branden in je mond, En wat je zingt wordt stilaan honger, Branie, geblaf van een jachtige hond. Je buik met peperoni ingewreven lig je op tafel en je beeft. Vorken en messen zijn verdeeld. De koffie met kaneel gaat met Onspreekbare syllaben door je keel. Stefan Hertmans 1951 Francesco's paradox. Meulenhoff/Kritak 1995
|