Nu de grote dingen verdwijnen Nu de grote dingen verdwijnen worden de kleine dingen groot: wat zonlicht op de gordijnen, een appel, een snee vers brood. Met hoeveel overbodigs maken we ons leven stuk: er is zo weinig nodig voor wat eenvoudig geluk. Zó zou ik oud willen wezen, klein bij de grote dood: Homerus om in te lezen, een appel, een snee vers brood. Garmt Stuiveling (1907-1985) uit: ‘Eeuwig gaat voor ogenblik’ Amsterdam, Meulenhoff, 1965 |