Overwerk In het bleke ochtendgloren Stapelt Dora nachtclubstoelen, Want dat doet ze van tevoren Omdat ze de vloer moet spoelen. Zo maar schrobben is zo zonde; Even doet ze snel de ronde Om vooral de driekwart peuken Voor het knechie in de keuken En de bandjes van sigaren Voor haar nichie te bewaren; En vergetene corsasies Zet ze thuis in kleine vasies En de glazen met de ressies Giet ze uit in doktersflessies, Want vanavond is het feest: Vijfentwintig jaar is Dora Werkster op die club geweest. 's Avonds zit ze stil te dromen Of de directeur zal komen Met een dichte enveloppe, Maar geen mens komt bij haar kloppen. Somber zet ze alle flesjes Met de restjes op een rijtje, Zit te wachten nog een tijdje, Maar zo tegen half elf Proeft ze alle drankjes zelf En na nog een drie kwartier Heeft ze stilletjes plezier. Sloeg het daar niet half negen? Nee, ze kan er niet goed tegen, Restjes zijn merakel sterk: Zwaaiend gaat ze naar haar werk. Toen ze binnenkwam, toen spoog ze Eerst een paar keer in haar handen, Schoof de mensen van de stoelen, Maakte stapels aan de wanden. Daarna ging ze op haar ronde: Nam de peuken uit de monden, Brak de brandende sigaren Om de bandjes te bewaren, Trok de dure orchideeën Uit de halsdecolleteeën; Schuimende champagneflessen Sjouwde zij bijeen als resten. Dora zong haar morgendeunen Samen met de lady-kreuner. Ze kroop stotend tegen benen Om de dansvloer af te nemen En ze plaste met de emmer Op de divans en de paren En ze stak de ruwe bezem In gepermanente haren; Met een pekinees begon ze Toen de tafels af te sponzen; Alle poten moest ze boenen, Ook al stonden ze in schoenen. Eindelijk na veel proberen, Wisten obers en wat heren Dora in een hoek te trekken, Waar ze met een zucht in slaap viel Met een dweil om toe te dekken. Dora moest wel drie keer vragen Waarom Dora werd ontslagen: Dora zelf had niets gemerkt, Maar haar plicht gedaan: gewerkt. J.M.W. Scheltema 1921 - 1947 Uit: Is dit genoeg: een stuk of wat gedichten Deel I. Honderd jaar Noord-en Zuidnederlandse poëzie (1880-1980) in dertig thema's samengesteld door C. Buddingh'en Eddy van Vliet. Elsevier Manteau 1982 Bron: Chansons, gedichten en studentenliederen G.A. Van Oorschot, Amsterdam 1948 |