Tafel-lied. wijze: Hoe zoet is 't waar de vriendschap woont! Komt, spreekt voor 't laatst de flesch eens aan, Wij hebben druk gesmuld! Wiens eetlust nog niet zij voldaan, Het is zijn eigen schuld. Hij blijve t'huis, wij komen wêer, En drinken nog een flesch te mêer, Hoe graag, hoe graag, hoe graag! Zoo iemand uit deez' vriendenkring, Ons eerlang noodt te gast, Wij geven 't jawoord onderling, Er wordt reeds op gevlast; Wij willen zulk een disch wel wêer, En drinken nog een flesch te mêer. Hoe graag, hoe graag, hoe graag! Maar nu, - wij hebben ons deez' disch, Uit eigen beurs bereid, En schoon dan ook het geld, zoo 'k gis, Ons in den weg niet leidt, Wij willen zulk een disch wel wêer, En drinken nog een flesch te mêer, Hoe graag, hoe graag, hoe graag! En ziet, daar kan een teug op staan, Wij hebben puik van wijn! Een vollen beker moet er aan, Wie wou hier ketter zijn? Wij willen zulk een disch wel wêer, En drinken nog een flesch te mêer, Ja graag, ja graag, ja graag! Js. M. Pfeil 1786 - 1873 Uit: Mijne porte-feuille S.n., Monnikendam 1828 |