Tuin van Eetlust op koele zomeravonden als de familie smakkend tot zich nam groene haring, gevolgd door slierasperges in botersaus biefstuk, salade, pommes frites, en toe aardbeien, slagroom, mocca en vanille dan deinden zij, de tantes, als pioenrozen, als zwaargassige ballonnen op hun steel, of de golfslag van hun lacherigheid in alle malse borsten koerde hoorbaar wagner zo dronken zij wijn na wijn tot elk hoofd paus pius twaalf leek in het Heilig Jaar zo bleek! tenslotte nam dan oom na oom, stomdronken, afscheid en van elke tante wiegelde het romig achterwerk weg alleen de nacht bleef over, die hele oude dame die pauwblauwe waaier voor de eenzame glimlach van het heelal god van de vlinders, dan sliep je! de ramen open, kostbare dromen ten prooi Manuel Kneepkens. 1942 Uit: Tuin van Eetlust. De Bezige Bij Amsterdam 1976 |