DE VERLEGEN DICHTER 0P HET BISSCHOPSFEEST. Een humoristisch fotografietjen van ons hart aan onzen geliefden Bisschop, Mgr. J.A. Paredis, aangeboden op den feestdag van Z.D.H.W. (fragment) ‘De Bisschop is jarig!’ zoo klinkt t' allen kanten De feestleus van leeken en theologanten. ‘De Bisschop is jarig!’ zoo schatert de jeugd Steeds vlammend op vierdag, steeds hunkrend naar vreugd, Zich reppend, om mooitjens de ontvang-zaal te sieren. ‘De Bisschop is jarig!’ zoo gillen en gieren De Marthaas des huisgezins, drok bij den haard Aan 't zouten van beefsteak en 't zoeten van taart. Het kalf biedt zijn hoofd, en de kreeft hare pootjes; Het hamdier zijn hesp, en de zalm zijne mootjes. De haan legt zijn kop bij de stervende kip. De duif kirt haar tortel met lust uit de klip, Om moedig te sneven door 't staal van de keuken, Die dampt, als een stoomboot, van prikklende reuken. Komt, maakt u reisvaardig, o peper, o zout! Bereid uwen tocht naar de maag, schapenbout! De turksche muts praalt naast den dom abrikozen, Die staan tusschen 't ooft van Oranje te blozen. Andijvie en kropslâ en de applen der aarde Vertoonen vol heuschheid hun zedige waarde. De plant is ontbloemd en de palmboom ontgroend, Elk meubel gekuischt, elke kamer geboend. Het paaschbeste kleed wordt ontkist en verhelderd; Het bier wordt ontkraand en de wijnflesch ontkelderd. Gebeden en zangen, niets wordt er gespaard; Ons harte zegt immers: ‘De Bisschop verjaart’ Michaël Smiets 1830 - 1885 Dichtwerken (ed. A.H.M. Ruyten). Van der Marck, Roermond 1887 |